Leuven station tot in Korbeek-lo is ongeveer 6-7km en was 13-15 euro 2 jaar geleden, maar dat is wel dagtarief. In het Leuvense heb je taxi Denny (zaten vroeger in Herent centrum) en taxi Jenny. Andere namen weet ik niet meer.

Uber zou ik niet doen, taxichauffeurs hebben vaak al een aparte rijstijl, maar hebben wel nog allerlei dingen waar ze aan moeten voldoen (medische schifting bv). Wie weet wat voor idioot je bij in de wagen stapt en wat als je een ongeval hebt... Ik rij sowieso al niet graag mee met mensen waar ik de rijstijl niet van ken en als ik hem wel ken en hij staat mij niet aan dan zal ik altijd voorstellen om zelf te rijden met mijn auto als het kan.

Kolm wrote:Leuven station tot in Korbeek-lo is ongeveer 6-7km en was 13-15 euro 2 jaar geleden, maar dat is wel dagtarief. In het Leuvense heb je taxi Denny (zaten vroeger in Herent centrum) en taxi Jenny. Andere namen weet ik niet meer.

Uber zou ik niet doen, taxichauffeurs hebben vaak al een aparte rijstijl, maar hebben wel nog allerlei dingen waar ze aan moeten voldoen (medische schifting bv). Wie weet wat voor idioot je bij in de wagen stapt en wat als je een ongeval hebt... Ik rij sowieso al niet graag mee met mensen waar ik de rijstijl niet van ken en als ik hem wel ken en hij staat mij niet aan dan zal ik altijd voorstellen om zelf te rijden met mijn auto als het kan.

Dat is al goed om een idee te hebben van een prijs. Ik ga eens googelen wie er allemaal in de regio rijdt.

Ik weet niet waarom, maar ik krijg volgende stelling niet opgelost dmv de regel van 3. Mijn vriendin is leerkracht en moet dit aan de klas uitleggen. Alle oefeningen lukken mij zonder problemen, behalve deze ene.

9 arbeiders bouwen een muur op 20 dagen. 6 even harde werkers hebben voor hetzelfde werk ??? dagen nodig.

Ik kom met de regel van 3 steeds 13,3 dagen uit. Maar dat klopt uiteraard niet. Ik schaam mij En dat voor iemand die veel statistiek heeft gehad in zijn master

gamerke1992 wrote:Ik weet niet waarom, maar ik krijg volgende stelling niet opgelost dmv de regel van 3. Mijn vriendin is leerkracht en moet dit aan de klas uitleggen. Alle oefeningen lukken mij zonder problemen, behalve deze ene.

9 arbeiders bouwen een muur op 20 dagen. 6 even harde werkers hebben voor hetzelfde werk ??? dagen nodig.

Ik kom met de regel van 3 steeds 13,3 dagen uit. Maar dat klopt uiteraard niet. Ik schaam mij En dat voor iemand die veel statistiek heeft gehad in zijn master

Ik denk dat je te vermoeid bent.

9 arbeiders in 20 dagen betekent dat er 180 mandagen werk verricht werd. 6 arbeiders doen er dan 180/6 = 30 dagen over.

Uitleg 2 algebraïsch: 9 x 20 = 6 x X

9 / 6 x 20 = X
of
9 x 20 = X
6
of
(9 x 20) / 6 = X

Duidelijk?

De regel van 3 kan en mag je hier niet gebruiken. Je moet er een vergelijking (een gelijkheid) met een onbekende van maken en niet twee gelijkheden.

Sora_Lizard wrote:

gamerke1992 wrote:Ik weet niet waarom, maar ik krijg volgende stelling niet opgelost dmv de regel van 3. Mijn vriendin is leerkracht en moet dit aan de klas uitleggen. Alle oefeningen lukken mij zonder problemen, behalve deze ene.

9 arbeiders bouwen een muur op 20 dagen. 6 even harde werkers hebben voor hetzelfde werk ??? dagen nodig.

Ik kom met de regel van 3 steeds 13,3 dagen uit. Maar dat klopt uiteraard niet. Ik schaam mij En dat voor iemand die veel statistiek heeft gehad in zijn master

Ik denk dat je te vermoeid bent.

9 arbeiders in 20 dagen betekent dat er 180 mandagen werk verricht werd. 6 arbeiders doen er dan 180/6 = 30 dagen over.

Uitleg 2 algebraïsch: 9 x 20 = 6 x X

9 / 6 x 20 = X
of
9 x 20 = X
6
of
(9 x 20) / 6 = X

Duidelijk?

De regel van 3 kan en mag je hier niet gebruiken. Je moet er een vergelijking (een gelijkheid) met een onbekende van maken en niet twee gelijkheden.

It makes a lot of sense

Zoals jij het hebt opgelost kan ik het volledig volgen. Alleen hebben ze in haar cursusboek dat ze aan de leerlingen moet uitleggen die oefening gezet bij de regel van 3. Dat moet dus een fout zijn van het boek?

Als je de regel van 3 doet met 9 => 1/20 dan klopt het wel, maar vraag me niet waarom je dit zo zou bedenken...

Vertaald naar de regel van 3 kan hooguit door te stellen dat het 180 dagen kost voor 1 man (9 x 20), hieruit volgt weer dat 6 man er 30 dagen over doen.
20 is dus maar een deel van het gegeven, het tweede gegeven moet eerst worden uitgerekend!

Na wat zoeken blijkt het in dat geval om de omgekeerde regel van drie te gaan...
https://www.ikhebeenvraag.be/vraag/3477 ... egel-van-3

Edit:
Wat meer uitleg nog die duidelijker is: http://siwmavopav.classy.be/regel_v_3_nieuw.htm

Kolm wrote:Na wat zoeken blijkt het in dat geval om de omgekeerde regel van drie te gaan...
https://www.ikhebeenvraag.be/vraag/3477 ... egel-van-3

Edit:
Wat meer uitleg nog die duidelijker is: http://siwmavopav.classy.be/regel_v_3_nieuw.htm

Oh op die manier

Ik denk dat ze best deze oefening laat vallen voor de leerlingen. Ik zie alleen maar verwarring ontstaan in deze klas

In ieder geval heel erg bedankt aan jullie beide

Ik geef toe dat ik het ook echt nooit op die manier zou oplossen... maar soms leer je later in je leven makkelijkere manieren om dingen op te lossen en vergeet je echt compleet hoe je het in het verleden ooit gedaan hebt.

Vraag is ook in hoeverre dit geval in het stuk lesboek daarvoor is voorgekomen? Indien het wel voor is gekomen dan zou het wel een mooie oefening zijn om ze het te leren herkennen.

Brainfart laat ma haha 30 dagen obviously

Keer diene uitleg gelezen en is ook meer dan logisch. Kvoel mij redelijk dwaas op dees moment.

Kolm wrote:Ik geef toe dat ik het ook echt nooit op die manier zou oplossen... maar soms leer je later in je leven makkelijkere manieren om dingen op te lossen en vergeet je echt compleet hoe je het in het verleden ooit gedaan hebt.

Vraag is ook in hoeverre dit geval in het stuk lesboek daarvoor is voorgekomen? Indien het wel voor is gekomen dan zou het wel een mooie oefening zijn om ze het te leren herkennen.

Dat is niet behandeld in de lessen. Ze zitten alleen maar aan de normale toepassing van de regel van 3. Die oefening hoort hier precies gewoon niet thuis.

gamerke1992 wrote:

Kolm wrote:Ik geef toe dat ik het ook echt nooit op die manier zou oplossen... maar soms leer je later in je leven makkelijkere manieren om dingen op te lossen en vergeet je echt compleet hoe je het in het verleden ooit gedaan hebt.

Vraag is ook in hoeverre dit geval in het stuk lesboek daarvoor is voorgekomen? Indien het wel voor is gekomen dan zou het wel een mooie oefening zijn om ze het te leren herkennen.

Dat is niet behandeld in de lessen. Ze zitten alleen maar aan de normale toepassing van de regel van 3. Die oefening hoort hier precies gewoon niet thuis.

Ik herinner mij dat er in oefeningen op school vaak een uitzondering of iets dat er niet in thuis hoorde tussen zat, gewoon om u eens te laten denken ipv alles "op autopiloot" op te lossen.

Tjeefkeuh wrote: . . .
Ik herinner mij dat er in oefeningen op school vaak een uitzondering of iets dat er niet in thuis hoorde tussen zat, gewoon om u eens te laten denken ipv alles "op autopiloot" op te lossen.

In de jaren dat ik zelf nog les gaf, ruim 30 jaar geleden inmiddels, plaatste ik er ook wel van dat soort "instinkers" tussen. Het is dus goed mogelijk dat dit zoiets is hoewel het me dan bevreemdt dat met een dergelijke opgave begonnen wordt.